Trachee (insecten)

In de wereld van vandaag is Trachee (insecten) een relevant onderwerp dat de aandacht heeft getrokken van miljoenen mensen over de hele wereld. Of het nu komt door de impact ervan op de samenleving, de invloed ervan op de populaire cultuur of het belang ervan in de academische wereld, Trachee (insecten) is een onderwerp van algemeen belang geworden dat tot verhitte discussies en hartstochtelijke debatten heeft geleid. Vanaf het ontstaan ​​tot aan de huidige evolutie heeft Trachee (insecten) een onuitwisbare stempel op de geschiedenis gedrukt, waardoor het een onderwerp is geworden dat de moeite waard is om diepgaand te onderzoeken om de ware reikwijdte en betekenis ervan in de wereld van vandaag te begrijpen.
Tracheeën van de larve van een juffer.

Een trachee (mv: tracheeën) is een ademhalingsbuisje bij insecten, duizendpotigen, springstaarten, spinachtigen en fluweelwormen.

Terrestrische geleedpotigen hebben net als alle dieren zuurstof nodig. Ze hebben wel bloed, maar gebruiken dit niet om zuurstof te transporteren zoals zoogdieren en reptielen. Het bloed bevat dan ook geen hemoglobine en is kleurloos. Ook is de ademhaling niet gekoppeld aan de monddelen, maar verloopt via vele openingen in het uitwendige skelet. De lucht wordt eerst door een hoofdstelsel van dikkere buisjes (trachea) gevoerd en via vele kleinere buisjes (tracheola) tot vlak bij de cellen gebracht. De lucht wordt vanuit vele plaatsen op het achterlijf en het borststuk aangevoerd en weer afgevoerd met behulp van kleine spiertjes die de opening sluiten bij het aanspannen en openen bij het ontspannen. Het systeem is aan de ene kant zeer effectief, maar de keerzijde is dat een tracheeënstelsel alleen efficiënt kan zijn bij een gering lichaamsvolume. Samen met het relatief zware chitinepantser is het tracheeënsysteem de belangrijkste reden waarom er bij insecten nooit echt grote vertegenwoordigers zijn ontstaan.

Bij de Crustacea, een van de drie nog levende onderstammen van de geleedpotigen, komen geen tracheeën voor, maar kieuwen. Ook de op het land levende vertegenwoordigers, zoals de landpissebedden, ademen zo.